SXSW22 was rustig en onrustig tegelijk en maakte een tikkie somber

[Door Erwin Blom]

Ik kom sinds 2007 op SXSW. Ik heb het festival zien groeien en veranderen. Waar het ooit als muziekfestival klein begon en in de loop der jaren internationaal toonaangevend werd als plek waar talenten opduiken en doorbreken, kwam daar na het filmfestival ook het 'interactive' deel bij. En dat was zeker zo'n groot succes. Een belangrijk deel van de techwereld, inclusief vernieuwers van Twitter, Google, Facebook of Tesla, liep hier steevast rond. De toenemende drukte werd goed opgevangen door meer locaties te gebruiken en de druk op de horeca werd ondervangen door foodtrucks. Maar hoe zou dat dit jaar gaan? Een paar observaties.

Het was rustig

Precieze aantallen zijn er nog niet, maar het was echt rustig dit jaar. Sommige mensen schatten 30% van de laatste keer in, ik vraag me zelfs af of dat percentage wel gehaald wordt. Het kwam niet of nauwelijks voor dat een zaal van de conferentie vol zat, het kwam voor wie een beetje op tijd was niet of nauwelijks voor dat een concert bezoeken niet lukte. En dat is weleens anders geweest.

Dat het rustig was, is natuurlijk logisch. Na twee jaren geen fysieke bijeenkomst door Covid-19, was dit de eerste weer. En mensen waren daardoor weifelend. Kan het echt al wel? Moeten we risico lopen? Zal het programma goed zijn? Komen de juiste mensen? Die vragen speelden bij bezoekers, bij sprekers, bij bands. En dat had grote impact.

Het had impact op het aantal bezoekers, en daardoor op vele andere terreinen. Want met minder budget kun je de grote sprekers niet lokken met first class tickets, luxe hotelkamers en geld. En bij minder middelen moet je iedere dollar nog een keer omkeren. En dus was bijvoorbeeld de wifi op sommige plekken suboptimaal waar dat anders altijd goed geregeld was. Het was rustig en daardoor op veel terreinen minder.

Het was onrustig

Dus ja, het programma had te lijden onder de te verklaren lage opkomst. En zeker, zoals altijd waren regelmatig de beschrijvingen van een panel veel beter dan het gesprek op het podium. Maar die andere kant was er zoals altijd ook: er zaten vele parels tussen het aanbod. En twee of drie keer op een dag een panel of presentatie die stof tot nadenken en gesprek geeft is mooi. Dat is waardevol.  

Maar waar SXSW ooit een festival van tech-optimisten was, de techniek zou alle problemen oplossen, was er nu toch een hele andere ondertoon te horen. Natuurlijk, bewust zo geprogrammeerd door de organisatie, maar helemaal terecht. Want we leven niet in een tijd van optimisme. De wereld is op alle mogelijke fronten onrustig, dankzij thema's van oorlog tot klimaat tot complotdenkers tot fake nieuws. En die onrust was dagelijks voelbaar. Het valt niet mee om optimistisch te blijven voor wie de dagelijkse nieuwsstromen en maatschappelijke ontwikkelingen volgt. SXSW maakte dus ook een tikkie somber. 

En toch was het leuk en waardevol als vanouds

Maar de kracht van SXSW is meer dan de panels en de sprekers. De kracht is dat je vijf of meer dagen met een groep gelijkgestemden optrekt met wie je dag in dag uit de diepte ingaat. Een slecht panel kan tot een goed gesprek leiden, een opeenvolgende rij sessies doet je op een rode draad stuiten die je bij een dagje The Next Web in Amsterdam wellicht ontgaan was. En daar was de groep iedere dag uiteengevallen omdat sport of thuis of kinderopvang er tussen kwamen. Samen de diepte zoeken is de waarde van SXSW, de panels en sprekers zijn de starters van het doorlopende gesprek.

En natuurlijk voegt het weer veel toe. Het gesprek is nog beter aan het eind van de dag met een biertje op een terras in de lekker zon. En natuurlijk voegen film en muziek ook veel toe. Even lekker een band kijken om de zinnen te verzetten. Even lekker naar de film om onder te dompelen in een andere wereld.

Het is die combinatie die SXSW blijvend mooi en leuk en waardevol maakt. Want ook al is er heel veel om je zorgen te maken, is kenmerkend van de bezoekers dat ze er of wat mee doen ('het is mooi geweest, nu delete ik mijn Facebook-account') en / of oog blijven houden voor wat er wel voor moois speelt of welke nieuwe mogelijkheden te techniek wel geeft die we in het verleden niet hadden. 

Optimisten krijg je er niet zomaar onder.

Een selectie

Bekijk via de 'archive' button een kort en bondig overzicht van alle 45 (!) artikelen die een deel van de Nederlandse delegatie schreef. Grote dank allemaal. Zo simpel kan kennisdelen zijn! 

Hier een snel gekozen willekeurige dwarsdoorsnede van de verhalen (check ze allemaal!):

[Foto's Roeland Stekelenburg]

Streaming van sport - personaliseren is de sleutel

Traditioneel is Sport een belangrijk onderwerp op SxSW en al is het tijdens deze 2022-editie geen officiële track, er is een aantal interessante bijeenkomsten over de toekomst van sport en media. Een van de sessies die ik bijwoonde had als titel “How Streaming Drives Change in Sports Media”, met achter de tafel vertegenwoordigers van zowel streaming partijen (ESPN+ en Hulu) als rechthebbenden als sportbonden en -competities (National Hockey League (NHL) en Ultimate Fighting Championship (UFC).

[door ROELAND STEKELENBURG]

Casey Hall van de National Hockey League legde uit waarom de NHL behalve met de grote televisiezenders inmiddels ook met streaming partners als ESPN+ en Hulu in zee gaat. Het belangrijkste argument is volgens hem de wens om nieuwe doelgroepen te bereiken die niet, of niet langer, kijken naar de traditionele televisiezenders. Denk aan grote groepen jongeren, maar ook andere doelgroepen die simpelweg geen zin meer hebben om urenlang vrij passief naar een live sportwedstrijd te kijken. “Er zijn grote groepen fans die wel degelijk interesse hebben in de sport en de wedstrijden willen bekijken, bijwonen of meemaken, maar wel onder hun eigen voorwaarden. Als we niet aan die voorwaarden kunnen voldoen raken we ze onherroepelijk kwijt,” aldus Hall, SVP Marketing & Consumer Insight at the NHL.

De sleutel, zo concludeert het panel unaniem, is het personaliseren van de kijkervaring. Dat is een ontwikkeling die nog in de kinderschoenen staat, niet mogelijk is op de lineaire TV-zenders, maar door de technische mogelijkheden zich inmiddels snel ontwikkelt op de streaming platformen, waar de verhalen van de sport op een heel andere, interactieve manier verteld kunnen worden en met accenten en perspectieven die aansluiten bij de wensen van de kijkers. Ook krijgen de verhalen van individuele atleten en achtergronden de ruimte die ze verdienen, maar dan wel helemaal toegesneden op de individuele voorkeuren van de fans.

Denk bij personaliseren ook aan:

  • De fan kiest welke feed hij/zij wil zien en heeft controle over de camera’s.
  • Grafische overlays en statistieken afhankelijk van de interesse van de kijker.
  • Verschillende opties voor commentaar, meerdere audiokanalen, waarbij zowel het niveau van kennis van de fan en voorkeur voor een team (partijdig commentaar) tot een op maat gesneden ervaring leiden.
  • Groter on-demand aanbod, herhalingen, interviews, the road to, documentaires, achter de schermen, ontsluiten van archieven, etc.

De ervaringen met ESPN+ en Hulu zijn tot dusver erg interessant vertellen zowel Casey Hall (NHL) en Daniel Cormier, voormalig Amerikaans MMA-vechter en commentator van de UFC. Het aantal kijkers overtreft de verwachtingen. Wel constateren ze dat het een flinke marketing inspanning vergt om de nieuwe streamingmogelijkheden onder de aandacht van zowel bestaande als nieuwe doelgroepen te brengen.

En het blijft een balanceer-act aldus Hall: “Het aantal kijkers op de traditionele TV-kanalen daalt weliswaar, maar is nog steeds hoog en commercieel enorm belangrijk. We moeten dus zowel de ‘oude’ doelgroepen aan ons blijven binden als het nieuwe, jongere publiek zien te bereiken via nieuwe kanalen. Dat blijft zorgvuldig balanceren, ook in de keuze welke rechten we aan wie verkopen. Maar niets doen is geen optie. We moeten de toekomst omarmen, anders zijn we ten dode opgeschreven.”

Is kunstmatige intelligentie in staat een ontbrekend konijn te vinden? Met Casey Hudetz, Alex Castrounis en Pamela Pavlisca

[Door Hans Anker]

Een sessie die begint met het voorlezen van een kinderboek, compleet met kleine stemmetjes. Ook dat is SXSW. ‘I want my hat back’ van Jon Klassen gaat over een beer die zijn hoed kwijt is. Na een speurtocht treft hij zijn roodgekleurde eigendom op het hoofd van een konijn. In het laatste beeld heeft de beer zijn hoed weer terug en is het konijn verdwenen. De goede verstaander begrijpt dat zich gruwelijke taferelen moeten hebben voorgedaan. De plot wordt niet door iedereen gewaardeerd. ‘Ik kocht dit boek voor mijn kleindochter; het had een perfecte aanschaf geweest als ik diefstal, moord en wraak had willen promoten’, aldus een teleurgestelde grootouder op Amazon. 

Toch weten we niet volledig zeker wat er gebeurd is. Het boek toont geen konijnenbloed. Ook het verhaal zelf maakt geen gewag van doodslag of moord. Alleen door het combineren van beeld, tekst en logisch denken kan de lezer tot de conclusie komen dat het konijn zijn laatste reis naar het hiernamaals heeft gemaakt, vermoedelijk met de maag van de beer als niet irrelevant tussenstation. 

Wellicht dat AI extra licht kan laten schijnen op dit mysterie? En daarom: welkom bij de Bear Eats A Rabbit (BEAR) test. 

Gespreksleider Casey Hudetz besteedt nu al vijf jaar van zijn leven aan het oplossen van het raadsel. Enthousiast toont hij maandelijkse videoberichten van zijn zoontje Henry, om te kijken wanneer het kwartje is gevallen en zoonlief heeft begrepen dat het ogenschijnlijk lieflijke verhaal gruwelijk is geëindigd. Henry is inmiddels vijf jaar oud. Het kwartje is nog niet gevallen.

Casey legt uit dat hij het raadsel heeft voorgelegd aan Metaculus.com, een soort geïnstitutionaliseerde ’durf te vragen’-site. Een van de gebruikers, een zekere Devatec, besloot om de kwestie te onderzoeken met behulp van deep learning software. Conclusie: ‘De beer heeft het konijn opgegeten’. 

Einde verhaal, dus. ‘Ho ho, niet zo snel’, waarschuwt Pamela Pavliscak, hoogleraar in emotioneel-intelligente technologie. Want bij het gebruik van de software blijkt vriend Devatec toch een beetje te hebben gesmokkeld. Hij heeft uitsluitend gebruik gemaakt van de aangeleverde tekst en die expliciet aan de karakters toegeschreven. De illustraties heeft hij terzijde geschoven. Dat is niet fair, vindt Pamela, vooral omdat AI heel krachtig kan zijn als het om één modus gaat (bijvoorbeeld tekst), maar al gauw klunzig wordt als multimodale inzichten moeten worden gecombineerd (in dit geval tekst en beeld). Dan wordt het snel een ander verhaal.

Pamela oogt opgelucht. Ze koestert de magie die ontstaat als ouders voorlezen aan hun kinderen. Dat mag van haar niet worden overgenomen door technologie. Dat AI moeite heeft met de multimodale BEAR-test is voor haar een zegen.

Het publiek herkent de magie. ‘Dit is waarvoor ik naar SXSW kom’, roept een vragensteller onder luid applaus. Hij herkent een bredere symboliek in de rechtlijnig denkende beer uit het verhaal: ‘de beer representeert de artificiële intelligentie, want net als AI kan hij niet multimodaal denken’.

Het panel achter de tafel reageert blij verrast. Zo hadden ze het nog niet bekeken. 

Voor AI geldt dat ongetwijfeld in het kwadraat. 

Terugluisteren kan hier 



Start een a capella groep! Brian Eno in gesprek met zijn jongere zelf

[Door Hans Anker]

Brian Peter George St John le Baptiste de la Salle Eno verwerft in de beginjaren zeventig wereldfaam als toetsenist van de glam en art rock band Roxy Music. Zijn extravagante kostuums en uitzonderlijke haardracht (kaal voorhoofd, matje langs de oren) baren opzien. Als zanger Bryan Ferry te graag de baas wil spelen is dat voor Eno om de band vaarwel te zeggen. Het blijkt het startschot van een imposante solocarrière, met onder meer de cult hit ‘The Baby’s on Fire’ en een eindeloze reeks albums in het door hem zelf ontwikkelde muziekgenre van Ambient Music.

Eno put inspiratie uit de werking van de natuur. Kunst, zo vertelt hij zijn gehoor in Ballroom 18, hoort daar zo veel mogelijk bij aan te sluiten. De oervader van ‘ambient’ is getroffen door het idee dat complexiteit kan voortkomen uit eenvoud. ‘We hebben de neiging om te denken dat iets complexs per definitie complex moet zijn’, doceert hij, ‘maar in de natuur is dat niet het geval. Zou het niet mooi zijn om dat in de kunst na te bootsen?’ 

Eno is in gesprek met Beatie Wolfe, zijn jonge evenknie. Wolfe is de Brian Eno van de 21e eeuw. De zangeres, kunstenares, productontwikkelaar en klimaatactiviste laat zich, net als haar gesprekspartner, evenmin in voorgeprogrammeerde hokjes stoppen. Alleen al het lezen van de biografie van deze twintiger doet je zeker tien minuten uithijgen. Deze wervelstorm, op het podium eventjes tot rust gekomen, schudde ergens onderweg ook nog een dissertatie over Leonard Cohen uit haar mouw. Elke ochtend, zo stel ik mij voor, verorbert ze drie SXSW-bezoekers als ontbijt. 

Na een aarzelend begin – ‘awkard’ is wellicht de beste typering – neemt Eno op gracieuze wijze de leiding van het gesprek. Iedereen vindt het best, ook Beatie. Er ontvouwt zich een gedachtewisseling tussen de oude meester en zijn jongere zelf. Eno formuleert nauwkeurig. Elk woord wordt eerst door hem op de tong gelegd, voorgeproefd, en pas na zorgvuldige afweging doorgeleid naar het publiek. Met zijn pensionadobaardje komt hij over als een vriendelijke oom. Eno is de man die je om advies vraagt als je er zelf even niet uitkomt, en die dat advies vervolgens niet geeft, maar je onderwijl op mysterieuze wijze wel het gevoel weet te geven dat je zojuist weer op de rails bent gezet. 

En dus hangen Beatie en het publiek aan zijn lippen.

Met spijt stelt Eno vast dat we het maar weinig hebben over de waarde van kunst. ‘De vraag die mij al mijn hele leven intrigeert is: waarom willen we genieten van kunst?’ Peinzend: ‘De enige intellectuele rode draad in mijn leven is: wat doet kunst met ons?’ Eno wacht niet op antwoord, maar kopt de voorzet zelf in: ’Mijn antwoord is dat we ons in de kunst andere werelden voorstellen. Soms gebeurt dat heel duidelijk, zoals in ‘1984’ van George Orwell. Maar het hoeft niet altijd dystopisch te zijn. Er zijn ook utopieën, werelden die juist prachtig zijn. Wat wij ons afvragen is: ‘Hoe zou jij je VOELEN over een wereld als deze?’ Voelen is het begin van denken. Voelen is wat we doen nog voordat we dingen in taal omzetten. Kunst staat aan het begin hiervan.’

Ons meest menselijke aspect, aldus Eno, schuilt in ons vermogen tot verbeelding. Als mensen zijn wij in staat om ons andere werelden voor te stellen dan de bestaande. Wij mensen zijn niet de enigen op aarde die dat kunnen, maar we bezitten dat voorstellingsvermogen wel in enorme hoeveelheden. Daarin verschillen wij van andere wezens. Even doet Eno het voorkomen alsof ieder van ons thuis over een groot pakhuis beschikt, dat naar believen tot de nok toe gevuld kan worden met vrachtladingen vol verbeeldingskracht.

Toch is dat niet zo. De verbeeldingskracht waarover Eno spreekt laat zich het beste vergelijken met een spier. Die spier moeten we voortdurend blijven trainen. Eno maakt het persoonlijk: ‘Als je dat verbeeldingsvermogen wilt behouden, moet je blijven oefenen’. Hij haalt een rapport aan van Deense wetenschappers. Zij bekeken duizenden medische dossiers om te zien welke relaties er waren tussen leefstijl en een goede gezondheid op oudere leeftijd. Hun conclusie was dat het uiteindelijk ging om drie sleutelfactoren: zingen, dansen en kamperen. Eno heeft de verklaring: ‘Als je die dingen doet, dan laat je je schild een beetje zakken. Je bent minder op je hoede. Je bent een beetje onverdedigd. Daarmee toon je je kwetsbaarheid.’ Voor Eno is de conclusie helder: begin een a capella zanggroep.

Serieuzer, nadat het gelach in de balzaal is weggeëbd: ‘De schoonheid van de wetenschap is dat ze ons vertelt wat er in de wereld gebeurt, de schoonheid van kunst is dat we kunnen voelen wat er in de wereld gebeurt.’

Eno zegt het bij dit ene zangadvies te houden. Maar als het gaat om de rol en betekenis van kunst en verbeelding, en de verhouding tot het rationele denken van de wetenschap, voel ik mij wel degelijk, en ook nog eens op mysterieuze wijze, weer op de rails gezet. 


That's it, het is mooi geweest.

[door ROELAND STEKELENBURG]

Zojuist heb ik het volgende bericht geplaatst op Facebook. Zodra ik heb ontdekt hoe ik op Instagram een bericht van meer dan 2200 karakters kan plaatsen (tips zijn welkom) zal ik het daar ook publiceren. Ik praat en denk hier natuurlijk al veel langer over, maar deze editie van SxSW heeft mij doen besluiten de daad bij het woord te voegen.

=============

Beste vrienden,

Het is mooi geweest. Dit is mijn laatste bericht op Facebook en Instagram.

Al jaren loop ik rond met een toenemend gevoel van ongemak bij de rol die de sociale media spelen in onze samenleving. Ik zie verruwing van taal en omgangsvormen, ik zie filterbubbels, ik zie misinformatie, nepnieuws, complottheorieën en een toenemend wantrouwen tegen instituties als de politiek, de media en de wetenschap. Ik zie jonge mensen in de problemen komen omdat ze niet aan de hooggespannen Instagram-verwachtingen kunnen voldoen. Ik zie de wereld platgeslagen worden tot een serie foto’s op je tijdlijn. 

Ik zie en ervaar de bewust ingebouwde verslavende componenten bij Facebook en Instagram. De verwachting na het plaatsen van een bijdrage of een foto dat er likes gaan binnenkomen. Het plezierige gevoel als dat inderdaad gebeurt en de teleurstelling en twijfel als de likes uitblijven. Was de foto niet mooi of interessant genoeg? Vinden mensen mij niet meer interessant? Heb ik de bijdragen van anderen wel vaak genoeg geliked? Het is immers ook een soort ruilhandel.

Allemaal dingen die ook al bestonden voordat er sociale media waren hoor ik mensen in mijn omgeving zeggen. Ook toen lieten we elkaar immers vakantiefoto’s zien en was het leuk als anderen enthousiast waren. Ook toen hadden we in de vorm van zuilen en subculturen filter-bubbels die we zelf hadden gecreëerd en lukte het niet altijd om over de grenzen van de bubbel heen te kijken. Vroeger kocht je de Lonely Planet als je op reis ging en trok iedereen toch ook naar dezelfde bezienswaardigheden in een ver buitenland?

En de sociale media brengen ons toch ook veel moois? Contact met verloren vrienden in het buitenland; gelijkgestemden vinden op een veel grotere schaal dan vroeger mogelijk was. Inspiratie, troost, informatie, vrienden, geliefden, partners. Iedereen kan publiceren. Vrijheid. Iedereen kan roepen wat ie wil. Totale democratisering van kennis.

Klopt allemaal. Maar toch. 

Nog nooit was er een bedrijf als Facebook/Meta dat zo diep in het leven van miljarden mensen ingrijpt. Nog nooit was er één man - Marc Zuckerberg - die zoveel macht had over een drietal social mediaplatformen (Facebook, Instagram en WhatsApp) waar miljarden mensen en bedrijven inmiddels schijnbaar moeilijk meer zonder kunnen. 

Nog nooit waren we zo afhankelijk in ons dagelijks leven van een set algoritmes die bepalen wat we te zien, te lezen en te horen krijgen. Nog nooit waren we zo verslaafd aan aandacht en goedkeuring van vaak niet eens bestaande volgers, dat we daar zonder veel aarzeling onze complete privacy aan opofferen. We voeden zonder al te veel aarzeling de geldmachines van Meta en nemen het blijkbaar op de koop toe dat die geldmachines waarschijnlijk meer van je weten dan je beste vrienden. Meta kent ons inmiddels misschien wel beter dan dat we onszelf kennen; de algoritmes kijken dwars door het opgeklopte imago op je tijdlijn heen en combineren die data met je contactenlijst op WhatsApp, je locatiegegevens, je surfgedrag en weet ik wat allemaal.

De druppel die deze week de emmer bij mij deed overlopen waren twee sessies die ik bijwoonde op het tech-festival SxSW in Austin Texas.

De eerste was een presentatie van Francis Haugen, beter bekend als de Facebook-klokkenluider. Haugen werkte als product manager bij Facebook en deelde tienduizenden interne documenten met de Securities and Exchange Commission en de Wall Street Journal. Het verhaal, haar verhaal, kende ik natuurlijk al, maar door de overtuigende presentatie voelde het als een call to action. Ze beschrijft een bedrijf dat totaal ontspoord is en niet bij machte lijkt de gevaarlijke uitwassen van het ooit zo gezellige sociale medium aan te pakken. Maar ook aan Zuckerbergs bereidheid daartoe twijfelt Haugen openlijk. Ze beschrijft allerlei eenvoudig te nemen maatregelen waarmee Facebook iets zou kunnen doen aan het rondpompen en versterken van misinformatie en radicale ideeën. Maatregelen die volgens Haugen niet genomen worden vanwege de grote commerciële belangen.

De tweede sessie die indruk op mij maakte was een gesprek met de Phillipijnse Nobelprijswinnaar en journaliste Maria Resse. Ze wilde afreizen naar SxSW in Texas, maar mocht van haar regering het land niet verlaten. Haar nieuwe boek “How to Stand Up to a Dictator” is in het licht van de oorlog in Oekraïne actueler dan ooit en Resse oordeelt snoeihard over de rol van de sociale platformen in de strijd tegen autoritaire regimes en dictators. Op de zogenaamd neutrale platformen wordt een dodelijke strijd om de macht gevoerd, zegt ze. De platformen ondermijnen structureel de menselijke wil, ze onderdrukken by design de feiten, de waarheid en journalistieke inhoud, terwijl exponentiële leugens en manipulatie in alle vrijheid kunnen circuleren. Zonder feitelijke informatie is er geen gedeelde werkelijkheid, geen vertrouwen, geen democratie en uiteindelijk geen vrede. Een lastige en harde conclusie waar helaas weinig tegenin te brengen valt.

Ik hoor het mensen al zeggen: Was jij niet die evangelist, die vijftien jaar geleden de NOS en andere bedrijven vol overtuiging het sociale mediatijdperk heeft ingeleid? Ja, dat klopt. En ik dacht toen oprecht dat internet en de sociale media de wereld mooier zouden kunnen maken. Dat de democratisering van kennis en informatie de kloof tussen arm en rijk, de have’s en de have not’s, zou kunnen slechten. En eerlijk gezegd denk ik dat nog steeds. Maar met Facebook en Instagram gaat dat vrees ik niet lukken, integendeel. Heeft weglopen dan zin? Nee, mijn vertrek van Facebook zal de wereld niet veranderen. Maar tegen de achtergrond van recente ontwikkelingen en gebeurtenissen in de wereld zijn er bedrijven en organisaties waar ik simpelweg geen klant van wil zijn.

Gegroet, tot op een ander platform!